Maya’s en nog meer Maya’s

Fietsen in Guatemala is bijzonder vermoeiend en ik maak daardoor erg weinig voortgang. Er zijn dagen dat ik ’s middags om drie uur nog geen 40 km heb afgelegd terwijl ik op dat moment al geradbraakt ben. Het zit hem vooral in de wegen die golvend door het landschap gaan; geen enkele meter is vlak en dat maakt dat je geen moment in een vaste cadans komt. Om toch een aantal van mijn doelen te halen, zoals een bezoek aan Tikal neem ik daarom een aantal keren een bus om grote afstanden te overbruggen. Op die manier reis ik bijvoorbeeld van Palenque in Mexico naar Flores in Guatemala. Mijn fiets gaat zonder problemen achter in het busje en aan boord zijn alleen maar toeristen. De reis verloopt zonder problemen en ’s avonds komen we aan in, of eigen op Flores. Flores is een klein eiland in een meer in het noorden van Guatemala. Oorspronkelijk was het een Maya-stad (Nojpéten) en heeft tot 1697 haar onafhankelijkheid behouden. Toen werd het alsnog in genomen door de Spanjaarden en met de grond gelijk gemaakt. Tegenwoordig is het een populaire toeristische bestemming, waarschijnlijk vanwege de pittoreske, beschilderde huizen en omdat het een ideale uitvalsbasis is om de ruïnes van Tikal te bezoeken.

Flores

Ik verblijf in een hostel en de volgende ochtend fiets ik richting Tikal. Zoals ik inmiddels gewend ben gaat het op en neer, maar vooral als ik het meer achter me laat gaat het vooral omhoog. Op 17 km voor Tikal is er een controle post en moet ik diverse kaartjes kopen voor de toegang tot de stad. Dat is onhandig, maar daar kom ik nog op terug. Ik moet een kaartje kopen voor toegang tot de ruïnes, maar ook voor de camping die daar ligt. Na betaling mag ik verder en fiets door de jungle naar Tikal. In de bomen hoor ik voortduren brulapen kabaal maken en borden langs de weg brengen me op de hoogte van al het overige wild dat ik hier kan verwachten zoals kalkoenen, maar ook jaguars.

IMG_0060
Wild

De camping is prachtig! Een groot groen grasveld met aan de randen kleine hutjes waar je eventueel je hangmat kan ophangen, maar waar ik mijn tent in opzet. Op het grasveld staan doelpalen en ’s avonds vlak voor zonsondergang wordt daar intensief gevoetbald. Op de plek waar je normaliter een middenstip verwacht staat een boom, maar de spelers voetballen er geroutineerd omheen. Ik  ben zo ongeveer de enige gast; ’s avonds komt nog een Belgisch/Boliviaans stel met kinderen en een camper aan. Omdat ik een beetje bezorgd ben voor mijn bezittingen als ik de ruïnes ga bezoeken vraag ik aan de eigenaar van een souvenirstalletje vlakbij of het veilig is op de camping. Hij haalt z’n schouders op en na enig nadenken zegt hij dat het volgens hem veilig is. Het spannendste dat hij heeft meegemaakt is de krokodil die hij ’s avonds over het terrein heeft zien lopen.

IMG_0070
Glamping

Tikal

De volgende ochtend loop ik Tikal in. De ruïnestad ligt midden in een nationaal park en is gigantisch. De stad is bewoond tussen 400 v. Chr. en 1000 na Chr., maar kende haar hoogtijdagen in de klassieke periode tussen 300 en 850 na Chr. (bron Wikipedia). In 378 werd de machthebber Jaguarpoot gedood door Siyah K’ak’, de machthebber uit Teotihuacan, een andere grote beschaving in Meso-Amerika. Als gevolg van voortdurende conflicten en verwaarlozing van grondstoffen en de grond ging Tikal uiteindelijk ten onder. Slechts een klein deel van de stad is onderzocht en om de ruïnes te bezoeken wandel je grote afstanden door de jungle. Je voelt je een beetje als de ontdekkingsreizigers die in de negentiende eeuw de stad herontdekten.

In het centrale deel van Tikal wordt gevormd door het Grote Plein dat geflankeerd wordt door twee grote piramides; de tempel van de Grote Jaguar en de tempel van de maskers. Op het plein zelf staan meerdere steles die de glorieuze daden van de koningen tot uiting brengen. Elders is een vroeg observatorium te bewonderen in een gedeelte dat wordt aangeduid met ‘Mundo Perdido’, de ‘Verloren Wereld’. Daar is ook een tempel te vinden waarin duidelijk invloeden van Teotihuacan zijn terug te vinden. Vanaf het observatorium heb je een prachtig uitzicht over de jungle waar her en der de tempels oprijzen. Aan het eind van de dag loop ik terug naar de ingang waar nog twee kleine musea zijn. Ik mag er niet in want ik heb geen tickets. Die had ik moeten kopen toen ik 17 km verderop het park in fietste. Zucht.

IMG_0072
Vuurwapens verboden
IMG_0076
Inheemse kalkoen, is erg zeldzaam (behalve hier) en is waarschijnlijk erg lekker.
IMG_0103
Het grote plein met links de Tempel van de Jaguar en rechts de Tempel van de maskers. Op het plein zelf zijn vele steles zichtbaar.
IMG_0108
Blik op de centrale acropolis vanaf de Tempel van de maskers.

 

IMG_0126
Uitzicht over Tikal vanaf het observatorium
IMG_0138
Een tempel waarin duidelijk stijlelementen van Teotihuacan zijn te herkennen
IMG_0155
De noordelijke acropolis
IMG_0169
Coati of Coatimundi, soort neusbeer
IMG_0190
Cocodrilo

Yaxha

’s Avonds kijk ik naar het voetbal op de camping en kruip daarna in mijn tent en luister gespannen of ik krokodillen voorbij hoor komen. Het enige dat ik hoor zijn de brulapen die hun territorium afbakenen. Ik neem ’s morgens een bus terug naar het meer en fiets daarna naar de volgende ruïne die ik wil bezoeken; Yaxha. Het is een tochtje van ongeveer 50 km waarvan de laatste tien over een onverharde weg door de jungle voert. Ik overnacht in een eco-lodge en vanwege het woordje eco mogen ze vijf keer zoveel geld vragen als voor een gewone lodge. Er is geen elektriciteit en ook geen airco of een ventilator, maar wel warm water. En een heleboel brulapen die tegen zonsondergang een geweldig concert geven.

’s Morgens fiets ik de laatste paar kilometer naar de ruïnes en loop daar op m’n gemak een paar uur rond. De stad ligt aan een meer en had haar bloei tijdens de vroeg klassieke periode (250-600 na Chr.). De naam Yaxha betekent ‘Blauw/groen water’. Het is een van de weinige steden waarvan de naam is overgeleverd uit de klassieke periode (brond: Wikipedia). Net als in Tikal heeft ook hier Teotihuacan haar invloed laten gelden. Na mijn bezoek aan de stad fiets ik terug naar de lodge om mijn bagage op te halen en rijd door naar het plaatsje Melchol de Mencos dat op de grens met Belize ligt en waar ik net voor donker aankom.

IMG_0214
Stele in Yaxha
IMG_0220
Het Yaxha-meer
IMG_0240
Yaxha

Belize

De grens met Belize is vrij snel overgestoken en als ik op Google maps probeer mijn route uit te zetten zie ik dat een paar kilometer verderop een Maya ruïne ligt en ik besluit deze nog even mee te pikken. Om bij Xunantunich, want zo heet de voormalige stad te komen moet een riviertje worden overgestoken. Het is een plek die makkelijk bereikbaar is en dus wemelt het van de toeristen. De naam Xunantunich betekent ‘standbeeld van een een dame’ en verwijst naar een geestverschijning van een vrouw die door diverse mensen in de stad gezien zou zijn sinds 1892. Ze is gekleed in een wit gewaad en heeft vuurrode, gloeiende ogen. De naam is dus niet oud en hoe de stad in de oudheid heette is onbekend (bron: Wikipedia). Het lijkt vooral een rituele stad te zijn met enkele grote tempels. In het midden van de stad ligt de tempel El Castillo die bijna 40 meter hoog is. Een deel van de basreliëfs aan de oost- en westzijde is bewaard gebleven.

IMG_0259
Xunantunich met op de achtergrond El Castillo
IMG_0273
Xunantunich vanaf El Castillo
IMG_0266
Basreliëf op El Castillo
IMG_0275
Een van de vele hagedissen die hier liggen te zonnen

Van Xunantunich fiets ik door naar San Ignacio een toeristisch plaatsje. Ik voel me niet helemaal fris en maak er een kort dagje van. Ik moet ook even wennen aan Belize dat een heel ander sfeer uitstraalt dan Guatemala en Mexico. Allereerst is de officiële voertaal hier Engels en het voelt heel apart dat je met vrijwel iedereen in Belize kan communiceren. Het is wel zo dat de bevolking haar eigen interpretatie heeft van de ‘Queens English’ en conversatie tussen Belizanen onderling is voor buitenstaanders niet te volgen. Koningin Elizabeth is nog steeds formeel het staatshoofd. Wat verder opvalt is dat de bevolking heel anders is samengesteld en dat hier vooral creolen wonen. Iets anders dat me opvalt is dat in Belize een paar plekken zijn waar Mennonieten wonen. Ik vond het heel bijzonder om deze, in mijn ogen anachronistische mensen te zien rondlopen.

Ik word ’s nachts wakker van de regen en twijfel of ik wel op de fiets zal stappen. Als ik echter naar buiten kijk zie de mensen gewoon hun ding doen en dus fiets ik richting Belmopan. Het plan is om ergens linksaf te slaan en dan naar het noorden te fietsen. Die weg is echter onverhard en door de regen niet begaanbaar. Ik probeer het een paar honderd meter maar zit dan al volledig onder de modder en mijn ketting kraakt door de vele troep die tussen de schakels is gaan zitten. Ik keer om en ga verder richting de hoofdstad met het plan daar een bus te nemen richting Mexico. Het is duidelijk dat ik echt in tijdnood zit en een rigoureuze beslissing moet nemen om een stuk over te slaan. Na een paar kilometer kom ik aan in het dorpje Teakettle (ja je leest het goed, maar spreekt het verkeerd uit; de klemtoon ligt op de tweede lettergreep 😊). Ik ontmoet daar een jongeman die een fiets heeft met een lekke band. Ik bied aan om die voor hem te plakken. In het verleden heeft hij al eerder een lek gerepareerd door een touwtje heel strak om het lek heen te trekken. Volgens hem is het een noodmaatregel die slechts tijdelijk werkt en daarom noemen ze het hier een ‘Mexican Solution’. We plakken de band en voor de zekerheid geef ik hem mijn reserve binnenband.

IMG_0287
De weg is veranderd in een modderpoel
IMG_0299
‘Mexican solution’

Ik kom aan in Belmopan, de nieuwe hoofdstad van Belize en ga op zoek naar een restaurantje om te eten en om naar onderdak te zoeken. Het is een beetje vreemde stad die vanaf de tekentafel is vormgegeven. Zo is er een soort rondweg, maar is onduidelijk waar die omheen gaat. Er is zelfs een fietspad. Na enige omzwervingen beland ik bij toeval op het busstation en ga bij een restaurantje wat eten. Er schuift een man aan die me vertelt dat hij van de kerk twee paar sandalen heeft gekregen voor zijn kinderen. Het wordt me duidelijk dat hij ook iets van mij wil en dus bied ik hem een drankje aan en vraag of hij iets wil eten. Dat vindt hij een goed idee en hij doet een bestelling. In plaats van dat hij bij me komt zitten eten heeft hij echter een afhaalmenu besteld en hij geeft aan dat met z’n vriendin te gaan nuttigen. Wel bedankt hij me uitbundig voor de maaltijd. In plaats van dat ik een hotel zoek besluit ik om direct een bus te nemen naar de Mexicaanse grens en zo beland ik ’s avonds in het plaatsje Carazol.

IMG_0301
De bus die me naar de grens met Mexico brengt.

Tulum

Ik fiets de volgende ochtend naar de grens, ongeveer 15 km verderop en kom een Belgische fietsster tegen die net begonnen is aan een tocht van een jaar. We maken een kort praatje en ik waarschuw haar voor de hellingen in Guatemala. Zelf is ze bezorgd om El Salvador in te gaan; het lijkt daar nog steeds zeer onveilig te zijn. Zonder problemen steek ik de grens over en rijd door naar Chetumal, de grensplaats aan de Mexicaanse zijde. Het is mijn eerste etappe deze vakantie dat ik gewoon op vlakke wegen rijd en dat voelt fantastisch. In de afgelopen weken had ik voortdurend het gevoel dat ik niet meer kon fietsen, maar dit tochtje gaat bijna vanzelf. In Chetumal neem ik een ‘collectivo’, een soort minibusje naar Tulum. Het is even gedoe om mijn fiets mee te krijgen, maar als ik aanbied om een extra zitplaats te betalen mag mijn rijwiel toch mee. Aan het eind van de middag kom ik aan in Tulum en ervaar een enorme cultuurschok. Het lijkt alsof ik in Valkenburg (Limburg) ben aangekomen; het is een ontzettend toeristische plaats en ik moet enorm wennen aan de grote hoeveelheden toeristen.

Tulum ligt aan de kust en de stranden vormen een van de attracties, maar was ooit een havenplaats van de Maya’s. Dat is voor mij de reden om hier een kijkje te gaan nemen en dus fiets ik de volgende ochtend naar de archeologische vindplaats. Het is er stervensdruk, want net als Xunantunich is ook deze plek eenvoudig te bereiken. Ongeveer een kilometer van de ingang ligt een enorm pretpark met tientallen souvenirwinkels, restaurants en alle andere vormen van vermaak waar de moderne toerist niet zonder kan. Ik rijd snel door naar de stad en sluit me aan in de rij om de ruïnes te bekijken. Tulum heette mogelijk oorspronkelijk Zama dat zoveel betekent als ‘stad van de dageraad’ en kende haar bloeiperiode in de 13e t/m 15e eeuw na Chr. (bron: Wikipedia). Na de verovering door de Spanjaarden wist zij nog tientallen jaren voort te bestaan, maar ging uiteindelijk ten onder aan de besmettelijke ziekten die door de Spanjaarden naar de Nieuwe Wereld waren gebracht. De stad ligt op een hoge klif aan de kust en is volledig ommuurd. Ik voel me niet op m’n gemak in de grote mensenmenigte en loop snel door de stad op weg naar de uitgang. Ik stap op mijn fiets om dit gekkenhuis achter me te laten en ga richting Chichén Itzá.

IMG_0317
Tulum

IMG_0320IMG_0326

Chichén Itzá

Het is een grote weg waar ik over fiets met vluchtstroken aan beide zijden. Dat geeft een schijn van veiligheid want de Mexicanen gebruiken de vluchtstrook vaak als een extra rijbaan om het inhalen te vergemakkelijken. Dat betekent dat ik voortdurend in mijn spiegel moet kijken om te voorkomen dat een onoplettende Mexicaan op me in rijdt. Het asfalt is echter goed en ik heb de wind mee en zonder al te veel moeite weet ik ruim 25 km/u te halen. Dit geeft me mijn zelfvertrouwen terug dat ik de afgelopen weken toch wel een beetje was kwijtgeraakt door de moeizame kilometers die ik tot nu had afgelegd. Voor ik het weet ben ik in het plaatsje Chemax dat een beetje een afgeleefde indruk maakt. Volgens mijn gegevens is er een hotel, maar volgens de man die ik ter plaatse spreek is het vol. Ik vraag hem of hij een ander hotel weet en hij geeft aan dat er in het centrum een hotel is, naast de kerk. Ik fiets naar het centrum en ga op zoek naar het hotel. Ik vraag diverse mensen of ze me kunnen helpen, maar geen van hen weet van het bestaan van een hotel af. Ik kijk op de kaart en bereid me er op voor dat ik nog 30 km door moet fietsen naar Valladolid om onderdak te vinden. In de buurtsuper koop ik extra water en vraag nog een keer naar het hotel dat hier zou moeten zijn. De winkelier bevestigt dat er een hotel is en stuurt me op pad. Voor de zekerheid vraag ik nog naar de naam van het hotel, maar die is onbekend. Een eindje verder vraag ik een bakker naar het hotel en hij neemt me mee naar een winkel in garen en band. De eigenaar daarvan heeft een kamer die hij verhuurd en zo heb ik alsnog een luxueus onderkomen in Chemax.

IMG_0334
Het centrale park in Chemax

Na een ontbijt van bananen en brood fiets ik de volgende dag verder en bereik al vrij snel een van de vele (>3000) cenotes die Yucatan rijk is. Een cenote is een zinkgat dat meestal gevuld is met water. Soms is het een open gat, maar vaak ook ligt het geheel nog ondergronds. De cenote die ik bezoek is vrij klein met een diameter van 10 meter en is nog volledig overdekt. Via een trap bereik je uiteindelijk het water en kan je zwemmen. Het is een bijzondere ervaring met boven je hoofd piepende vleermuizen en in het kraakheldere water vissen die om je heen zwemmen.

IMG_0349
Cenote

Na te zijn afgekoeld fiets ik gauw door en bereik in de loop van de middag Pisté, het plaatsje dat naast Chichén Itzá ligt. Het plaatsje maakt een beetje een trieste indruk. Het is volledig ingesteld op toeristen die komen om Chichén Itzá te bezoeken, maar de grote touringcars die af en aan rijden negeren het plaatsje geheel en er is daardoor vrijwel geen toerist te zien. Ik vind een eenvoudig hotelletje en ga de volgende ochtend vroeg op pad om voor de grote drukte begint de ruïnes te kunnen bekijken. Nog voor openingstijd kom ik aan, maar moet dan al bijna een half uur in de rij staan om binnen te komen. Afgezien van de vele toeristen is er een karavaan van tientallen verkopers die met hun waren aankomen lopen om hun stalletjes op te bouwen, een klus die vaak meer dan een uur in beslag neemt en iedere dag opnieuw moet worden uitgevoerd; ze mogen niets laten staan. Als ik de ingang voorbij ben loop ik snel door en bereik al snel de grote piramide die Chichén Itzá zo kenmerkt.

Chichén Itzá is een van de grootste Mayasteden en was vooral belangrijk in de laat- en postklassiek periode, grofweg van 600 tot 1200 na Chr. De naam betekent ‘Aan de monding van de bron van de Itza’, waarbij de  Itza een ethnische groep is die Yucatan domineerde (bron: Wikipedia). De stad is gebouwd in de nabijheid van vier cenotes. De ondergrond van Yucatan bestaat voornamelijk uit kalksteen en kent alleen ondergrondse rivieren. Op bepaalde plekken zijn zinkgaten ontstaan die erg belangrijk zijn voor de watervoorziening van de Maya’s en vaak een religieuze functie kregen. De grootste cenote van Chichén Itzá wordt ook wel de ‘Heilige Cenote’ genoemd en hierin zijn talloze bewijzen voor offers gevonden varieerden van waardevolle objecten van jade tot mensenoffers.

De grote piramide in het centrum is een tempel gewijd aan Kukulcan, een gevederde slang die als god  werd vereerd en vergelijkbaar is met Quetzalcoatl die door de Azteken werd aanbeden. Aan weerszijden van de trappen zijn deze slangen uitgebeeld. Niet ver hiervandaan ligt het grootste speelveld van Midden-Amerika met een lengte van bijna 100 meter. Het is uitstekend bewaard gebleven en aan weerszijden zijn nog steeds de ringen zichtbaar waar de bal doorheen moest worden gespeeld. Langs de wanden zijn basreliëfs met daarop afgebeeld de spelers en de aanvoerder van het verliezende team die door de aanvoerder van het winnende team is onthoofd. Het weg spattende bloed wordt gesymboliseerd door slangen die uit het hoofd komen.

Aan de zuidzijde van de stad ligt nog een bijzonder complex dat door de Spanjaarden het ‘Nonnenklooster’ wordt genoemd, maar waarschijnlijk overheidsgebouwen waren. Het dateert uit de laatklassieke periode en vooral het gebouw ‘De Kerk’ is bijzonder met de maskers die op de wanden zijn afgebeeld.

IMG_0367
De centrale piramide oftewel de tempel die aan Kukulcan is gewijd

IMG_E0369

IMG_E0391
De heilige cenote
IMG_0395
Schedels
IMG_0402
Een standbeeld van Chac Mool een godheid die op z’n rug ligt met een schaal op z’n buik. Waarschijnlijk werden op die schaal mensenoffers aan de goden gepresenteerd.
IMG_E0406
Het ‘basketbalveld’
IMG_0415
Basreliëf van een speler
IMG_0428
Voorbeeld van de gevederde slang Kukulcan

IMG_E0433

IMG_0445
‘De Kerk’
IMG_E0447
Maskers met grote neuzen

IMG_E0457

Mérida

Op weg naar Mérida beland ik in het plaatsje Izamal dat vrijwel volledig geel is geschilderd en daarom ook wel de Gele Stad wordt genoemd. Het is gebouwd bovenop een Mayastad en her en der zijn nog resten van deze oudere stad zichtbaar zoals de grote piramide die ver boven de huidige bebouwing uitsteekt. Op de voormalige Acropolis is door de Spanjaarden een groot Franciscanenklooster gebouwd. Ik besluit om een nachtje te blijven en reis de volgende dag het laatste stuk naar Mérida met de bus. Dat is vooral omdat ik mijn terugreis naar Nederland nog moet regelen en ik niet weet hoeveel tijd dat gaat kosten. Dat blijkt echter erg mee te vallen. Ik kom aan op het busstation en ga op zoek naar een fietsenwinkel die me een doos kan geven om mijn fiets te verpakken. Na 200 meter vind ik deze al en tegenover de winkel ligt een hotel zodat ik al na 10 minuten klaar ben met een klus waarvoor ik dacht een halve dag nodig te hebben. Ik heb daardoor tijd om een bezoek te brengen aan een museum dat gewijd is aan de wereld van de Maya’s. Het is een ultramodern gebouw dat zo’n 10 km van het centrum verwijderd ligt. De tentoonstelling is veel kleiner dan het gebouw doet vermoeden en gaat in op de huidige Maya’s, maar laat ook voorwerpen zien die zijn opgegraven in de verschillende Mayasteden. Vooral de objecten van vuursteen en obsidiaan maken grote indruk. Ik fiets terug naar het centrum en begin mijn fiets uit elkaar te halen zodat deze in de doos past. Ik pak de rest van mijn bagage in, loop de straat op om de benzine die ik over heb aan een voorbijkomende motorrijder te geven en begin mijn blog bij te werken.

Terugblik

Waar ik het meest van heb genoten in de afgelopen weken is de bevolking van de drie verschillende landen. Vrijwel iedereen die ik tegenkwam was nieuwsgierig en wilde weten waar ik vandaan kwam en waar ik heen ging. Tot mijn spijt spreek ik geen woord Spaans en dat heb ik als een gemis ervaren want daardoor waren gesprekken veelal erg beperkt. Wat ik ook een verademing vond was dat men niets steeds harder begon te schreeuwen in de veronderstelling dat ik doof was en hen daardoor niet begreep. Afgezien van de eerste paar dagen in Guatemala-stad heb ik me nergens onveilig gevoeld en de onveiligheid die ik in de hoofdstad voelde was vooral ingegeven door de vele waarschuwingen die op internet te vinden zijn voor berovingen en overvallen. Misschien heb ik geluk gehad.

Wat mij het meeste tegenviel was het fietsen in Guatemala. Ik heb in de afgelopen jaren veel meegemaakt, maar de zwaarte van de beklimmingen in combinatie met de wegen bestaande uit rotsen, stenen, grind en zand waren volstrekt nieuw voor me. Ik heb enorm getwijfeld of ik nog wel in staat was om dit soort reizen te maken. Pas in de laatste week, toen de wegen beter en vlakker werden kreeg ik mijn zelfvertrouwen een beetje terug.

De natuur is overweldigend, hoewel in noord Guatemala en Yucatan veel oerwoud gekapt is voor de uitgestrekte veeboerderijen die daar liggen. De vele Maya-ruïnes liggen meestal in natuurgebieden en dat maakt de bezoeken aan deze steden nog indrukwekkender. Ik heb wel een beetje de krenten uit de pap gevist door Palenque, Tikal en Chichén Itzá te bekijken en misschien is mijn beeld daardoor vertekent, maar het ronddwalen in deze steden die ingeklemd liggen in het oerwoud maken toch een beetje de Indiana Jones in me los.

Al met al vond ik het een bijzondere reis die zoals altijd weer anders is verlopen dan ik had gepland, maar waar ik wel heel erg van heb genoten. Het smaakt naar meer. 😊

IMG_0292

 

Een gedachte over “Maya’s en nog meer Maya’s

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s